Noten
1. Herdrukt in J. M. den Uyl, Inzicht en uitzicht; Opstellen over economie en politiek. [Met een inleiding van M. van Rossem], Amsterdam: Bert Bakker/Wiardi Beckman Stichting, 1988, pp. 192-6, p. 196.
2. Herdrukt in J. M. den Uyl, De toekomst onder ogen; Beschouwingen over socialisme, economie en economische politiek. Amsterdam: Bert Bakker, 1986, pp. 113-121, p. 121.
3. In een vraaggesprek met Pieter Broertjes, ‘De vanzelfsprekendheden overboord’, herdrukt in Getto’s in Holland; Visies op armoede en werkloosheid. Amsterdam: Van Gennep, 1989, pp. 46-53, p. 49.
4. Amsterdam: Bert Bakker, 1989, vooral hoofdstuk 2.
5. Dr. Soedjatmoko, Toekomst der vrijheid. Eerste Den Uyl lezing, 14 december 1988, Amsterdam, p. 13.
6. Over de opkomst van een ‘international refugee regime’ binnen wereldwijde afhankelijkheidsverhoudingen, zie Ari Zolberg e.a., Escape from violence; Conflict and the refugee crisis in the developing world. Oxford/New York: Oxford U.P., 1989.
7. Als tweede Den Uyl lezing werd de tekst afgesloten met een ‘peroratie ter herinnering aan Joop den Uyl’:
Ik wil hier afzien van een persoonlijk gedenkwoord voor Joop den Uyl. Daarvoor heb ik hem niet goed genoeg gekend. Onze paden hebben maar een enkele keer gekruist, maar desondanks is hij in de kantlijn van mijn leven heel aanwezig geweest. Twee kanten: Den Uyl bewogen en Den Uyl onverstoorbaar.
Op een middag dat ik mijn zolder aan het vertimmeren was klonk opeens zijn stem uit de radio, half verstikt van woede over de laatste moorden van het Franco-bewind en ik begreep dat het ook mijn woede was die Den Uyl daar uitbrieste.
Jaren later was ik op een avond uitgenodigd om te debatteren met een Amerikaanse laureaat in de economie. De avond was belegd in een deluxe hotel en werd betaald door een grote oliefirma. De nobelprijswinnaar legde ons uit dat een regering nooit, ja nooit schulden mocht maken. Hij reisde langs het banketcircuit en had eigenlijk meer gerekend op het nagerecht dan op serieuze tegenspraak. Uiteraard mag en moet een regering schulden maken als daarmee de levenskansen en de produktie-capaciteit van latere generaties worden verbeterd. Ik won op punten. Maar de avond was voor Den Uyl, die de snelle pakken en de verzorgde coiffures van de nieuwe generatie economen niet zo had opgemerkt en die voor de vuist weg en in een geheel eigen Engels een doodgemoedereerd pleidooi hield voor de verzorgingsstaat, want hij had maling aan het menu.